Deze week bezochten wij voor de allereerste keer De Munt of La Monnaie. De beroemde Nationale Opera van Belgie lijkt, met zijn overdaad aan gouden krullen, in niets op ons vertrouwde, moderne Muziektheater in Amsterdam. We vliegen terug in de tijd, klimmen via een doolhof aan gangen en smalle trappetjes omhoog naar de vijfde etage. Daarboven, onder de nok van het dak, proppen we ons in de allergoedkoopste, doorgezakte rode stoeltjes van dit barokke theater. In de verre verte turen we naar de zeer dramatische opera Pelléas en Mélissande van Claude Debussy.
Lesje geschiedenis voor Nederlanders: dit is een zeer beladen plek. Hier sloeg in 1830 de vlam in de pan. Tijdens de opera De Stomme van Portici raakten de gemoederen van het publiek oververhit. Een anti-Hollandse stemming greep om zich heen en leidde tot relletjes in de stad. De Munt is het begin van de Belgische opstand en de onafhankelijkheid van de Zuiderlijke Nederlanden: België dus. Wat staat ons vanavond te wachten…?
Juist. Een Nederlandse revolutie! Deze plek wordt nu overspoeld door een invasie van mensen die we vooral kennen uit Nederland. De nieuwe artistiek directeur van De Munt Pieter de Caluwe was tot vorig seizoen casting director bij De Nederlandse Opera en de nieuwe directeur muziek is de Nederlander Bert van den Akker. Als klapper op de vuurpijl werd het seizoen van de Muntschouwburg geopend met Pelléas en Mélissande onder regie van Pierre Audi, artistiek directeur van de Nederlandse Opera.
Pijnlijk voor Belgische nationalisten, maar een tweede Belgische opstand zit er vanavond niet in. Vanaf zolder buigen we ons voorover en zien geen protesten tegen dit Hollandse geweld, maar keurige mensen, lafjes applaudisserend. Na afloop een glaasje champagne en op tijd naar bed.