weblog geschreven voor www.oerol.nl in het kader van Tsi Tsi Tsigane de muziektheatervoorstelling die in 2007 op Terschelling gemaakt werd.
Spannend vond ik het, toen ik in januari naar Haarlem toog voor een eerste informele ontmoeting met Joost Spijkers en Ro Krauss, twee van onze spelers. ‘Leuk bedacht jongen, zo’n voorstelling met hitsige Balkanmuziek,’ schoot er door mijn hoofd. En ook de cast lijkt een schot in de roos. Joost Spijkers, half Joegoslaaf en Ro Krauss, een door vele reizen tot muziekzigeuner getransformeerde halve Indo. Het lijkt ideaal maar wat gaan beide heren vinden van mijn muzikale Balkanvoorkeuren? Deze is tamelijk specifiek en ik wil veel niet spelen. Ik stap uit op station Haarlem Spaarnwoude…
Maar wacht even: waarom zou ik hier bang voor moeten zijn? Als zij betere ideeën hebben, wordt de hele voorstelling misschien wel beter. Of vrees ik dat ze aan komen zetten met Hongaarse fidelmuziek? Dat soort nummers wil ik absoluut niet spelen. Die zigeunermuziek is om een of andere reden geheel ontdaan van al zijn rauwe randjes. Als ik er naar luister ontkom ik niet aan visioenen van troosteloze restaurants en uit de hand gelopen feestjes bij het studentencorps. ‘Tingel tangel hopsake,’ dat is het voor mij. Ik voel te weinig spanning en te weinig verhaal in die muziek. Nee, in Roemenië, Bulgarije en de landen die eens Joegoslavië vormden; dáár komen de echt doorleefde stemmen en klanken vandaan. Die muziek zit boordevol hoorbare geschiedenis. De Roma op de Balkan hebben muzikaal altijd open gestaan voor invloeden van buitenaf. De muziektraditie van de gadze had zijn invloed net als de klezmer van joodse landgenoten. Tijdens de Ottomaanse overheersing kwamen daar Turkse harmonieën en instrumenten bij. Deze ontwikkeling globaliseerde in de twintigste en eenentwintigste eeuw. De jazz wurmde zich naar binnen evenals de pop en meer recentelijk de dance. Dat de muziek van de Balkanzigeuners zo open staat voor andere stijlen geeft het enorm veel diepte en variatie.
…Na een tocht door een weinig inspirerende nieuwbouwwijk ben ik bij het huis van Ro aangekomen. Caspar en Joost zitten al aan de eettafel. Ik schuif aan en kijk naar het tafellaken. Het is een plastic tafellaken met iets teveel slecht passende kleuren. Het doet me aan Roemenië denken, een goed teken! We laten elkaar verschillende liederen horen, ik hoor nieuw repertoire maar een groot deel ken ik al. We bekritiseren elkaars voorstellen een beetje maar zijn vooral enthousiast over wat we horen. Na een reeks nummers vragen we ons af of we nog naar andere nummers moeten zoeken. ‘Alles prima,’ zegt Ro. ‘Maar als ik ergens geen zin in heb is het van die Hongaarse fidelmuziek…’
geschreven voor www.oerol.nl, 7 mei 2007 op de boot tussen Harlingen en Terschelling voor het laatste werkbezoek.